Bergschild 14-16
Op het Bergschild 14-16 staat sinds 1343 een zogenaamd langhuis met een lengte van 14 m. dat in opdracht van Berend van Lettele gebouwd werd tussen Het Bergschild en de oudste stadsmuur. Het huis is met de brede kant naar de straat gebouwd, omdat er tussen de straat en de stadsmuur te weinig ruimte was. Van de stad Deventer ontving hij een subsidie voor de aankoop van 9000 dakpannen samen goed voor 170 m2 dakbedekking.
Voor het gebruik van enkele bogen in de stadsmuur betaalde hij "bogenhuer"
Het huis lag dicht bij de haven en was in de 16e en 17e eeuw in handen van belangrijke kooplieden. Tot de 20e eeuw waren de bewoners van het Bergschild meestal ambachts- en handwerkslieden: kuiper, schoenmaker, slager en kleermaker. Ook koopman en schipper komen voor. De ambachten zijn tegenwoordig bijna geheel uit de wijk verdwenen.
Muurhuizen werden door op de stad uitgegeven percelen tegen een deel van de reeds bestaande stadsmuur gebouwd.
Het voorhuis is parellel aan de muur gebouwd en nr. 14 was met nr. 16 oorspronkelijk één huis dat later is gesplitst. De houten winkelpui dateert ui de vroege 20e eeuw, toen Regterschot hier zijn slagerij had.
Het achterhuis staat tegen de buitenste stadsmuur en bevat twee naamstenen aan de Bokkingshangzijde (1837 of 1839). Dit is onderzocht door de Werkgroep Bouwhistorie Deventer.
De linkersteen met de tekst "HVAD"betekent mogelijk Hendrik van Apeldoorn Deventer die vanaf 1832 eigenaar was van het pand.